commentaar-klimaatdiskussie-en-kernenergie-NRC_Handelsblad_20181110_2_10_5

Het is druk in het hoenderhok van de klimaatdiscussie, sinds VVD-fractievoorzitter Dijkhoff er een knuppel in gooide: kernenergie moet volgens hem worden overwogen als een serieuze optie om de klimaatdoelen te halen waaraan Nederland zich internationaal verbonden heeft. Dijkhoffs interventie is waardevol. Als er een open discussie over de Nederlandse bijdrage aan de oplossing van het klimaat is gewenst, dan mag er geen enkel taboe zijn. Overigens wordt aan die voorwaarde nu al niet voldaan. Aan de "klimaattafels", waar de discussies plaatsvinden, moet het rekeningrijden het bijvoorbeeld bij voorbaat doen zonder liberale bijval. En het terugdringen van de intensieve veehouderij stuit sowieso op een christendemocratische muur. Energie uit kernsplitsing geeft geen uitstoot van broeikasgas, maar daar tegenover staan de bekende bezwaren: veiligheid en een afvalprobleem dat tienduizenden jaren blijft spelen. Een kernreactor is een typisch "staartrisico". De kans dat er iets fout gaat, is extreem klein. Maar gaat het mis dan zijn de gevolgen extreem groot. Een nieuw bezwaar is dat kernenergie afhankelijk maakt van buitenlandse leveranciers van splijtstof. Toch mag kernenergie niet worden uitgesloten. Er zijn wellicht nieuwe ontwerpen die veelbelovend zijn, zoals onderzoek naar de zogenoemde thorium-reactor suggereert: veiliger, minder afval en draaiend op ruim aanwezige grondstof. En aan een verre horizon gloort mogelijk de kernfusie, waarvoor zwaar water als grondstof alom aanwezig is, er geen afval van betekenis resteert en de veiligheid relatief groot is. Het probleem is tijd, en dat geldt ook voor de inzet van de kernenergie die we nu kennen. Eerst moeten er locaties gevonden worden, vervolgens plaatselijke hordes genomen en vergunningen verkregen. En dan moet de bouw nog beginnen. Uiteindelijk kunnen er twintig jaar overheen gaan voordat een centrale er staat, als er al een investeerder kan worden gevonden die eraan begint. Omdat niemand weet hoe de wereld er tegen die tijd uit ziet, zullen de benodigde miljarden er vermoedelijk niet komen zonder dat de overheid een flinke verzekering biedt. Dat kan gaan om investeringsgaranties, een belofte om toekomstige verliezen op te vangen, of een garantie voor de afzetprijs van de geleverde elektriciteit.