effecten-van-stroomstoring-in-Frankrijk-NRC_Handelsblad_20180821_1_20_2

In het afgelegen Franse huis waarin we onze vakantie doorbrengen, viel plotseling de wifi uit. Dat gebeurt wel meer. Kwestie van het modem opnieuw starten en dan komt de wifi weer terug. Maar het modem kon niet worden opgestart, want het stond uit. Het drong tot me door dat de elektriciteit was uitgevallen. Stroomstoring. Komt ook vaker voor. In een dorpje verderop precies hetzelfde: geen stroom, geen bereik. Ik reed terug en dacht aan de ijsjes en het vlees in de vriezer. Om vijf uur was er nog steeds geen stroom. Wat was er aan de hand? Internet gaf geen opheldering, want er was geen internet. Op een snikhete dag, als iedereen in de tuin zit, of aan het strand. De elektriciteit valt uit, het mobiele telefoonnetwerk, verkeerslichten. Daarna de waterleiding, de spoorwegen, het vliegverkeer. Winkels worden niet meer bevoorraad. Chaos. Anarchie. Het was al aan het schemeren toen er een autootje van het elektriciteitsbedrijf aan kwam rijden. Het komt zo weer terug, zei de geüniformeerde man achter het stuur. Tien minuten later was het zover. Later op de avond drong de werkelijke les tot me door. Dat er een enorm conglomeraat van staatsorganen en nutsbedrijven is waar we zelden bij stilstaan. Dat waakt over stroom en internet. Maar ook over ons water, de lucht, het verkeer, het onderwijs, voedsel, de bevoorrading van winkels en wat al niet meer. En dat die taken zo efficiënt uitvoert dat we er meestal niets van merken. Het is de tragiek van de moderne samenleving: je wordt pas op haar bestaan geattendeerd als er iets mis gaat. En nog tragischer: hoe efficiënter zij werkt, des te meer we denken dat we haar niet nodig hebben. Warna Oosterbaan.